Ernst Klunder: ‘Alles wat je aandacht geeft groeit’

In dit interview spreken we Ernst Klunder, bestuurder bij ’s Heeren Loo en bestuurslid van de brancheorganisatie Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). We vragen hem naar zijn grootste uitdaging op het gebied van informatievoorziening.

’s Heeren Loo is een landelijke organisatie voor gehandicaptenzorg met vestigingen door heel Nederland. Er werken 17 duizend mensen die zich iedere dag inzetten om mensen met een beperking een goed leven te bezorgen. Ernst is ook bestuurslid van de brancheorganisatie VGN die 180 lidinstellingen vertegenwoordigt.

Vergroot afbeelding
Ernst Klunder

Wat is de grootste uitdaging binnen ’s Heeren Loo wat betreft informatievoorziening?

“We gebruiken in onze branche allemaal verschillende systemen”, vertelt Ernst. "'s Heeren Loo is een grote organisatie en daarmee in staat om kennis en kunde in huis te halen. Kleinere organisaties kunnen dat niet op dezelfde schaal. In de mate van volwassenheid rond informatievoorziening zijn er dan ook grote verschillen binnen de gehandicaptenzorg. Informatie over de gezondheidstoestand van de patiënt is natuurlijk heel belangrijk. Deze moet op het juiste moment beschikbaar zijn. De uitwisseling van informatie gaat echter via een lappendeken aan oplossingen, waardoor dit moeilijk is.

We zijn de afgelopen jaren in de zorgsector met elkaar bezig geweest om systemen beter met elkaar te laten praten. Dat heet interoperabiliteit. Daar zijn al wat stappen in gezet maar zolang niet duidelijk is welke standaard je moet hanteren of welke richting je uitgaat houd je een heel verspreid veld. We hebben meer richting, kaders, uniformiteit en standaardisatie nodig.”

Helpt de Nationale Visie en Strategie (NVS) daarbij?

"In onze sector hebben de cliënten te maken met een beperking en zij hebben soms meer moeite om toegang te krijgen tot informatie dan de gemiddelde burger. Je moet extra stappen zetten om aan te sluiten bij deze mensen. Het helpt wanneer wettelijke vertegenwoordigers, ouders of andere verwanten ook toegang kunnen krijgen tot de gezondheidsgegevens. Het is bij ons dus anders dan in andere sectoren.

Veel oplossingen die nu worden nagestreefd zijn voor professionals die in een BIG-register staan, die dus een bevoegdheid hebben als zorgverlener. Maar wij werken ook met mensen zonder BIG-register en die willen ook de mogelijkheid hebben om de medicatie te kunnen bekijken. Oplossingen moeten dus generiek zijn maar ook weer specifiek genoeg om aan te sluiten op de verschillen in de sectoren.

Voor ons is het belangrijk om over generieke functies te beschikken: voor autorisatie en authenticatie. Zodat we dat allemaal op dezelfde manier doen.”

Wat is een belangrijk actiepunt om de NVS te realiseren?

“Er is een strategie in de maak om de NVS te realiseren. We moeten de rollen goed verdelen en duidelijke afspraken maken. Dat helpt ons om allemaal dezelfde richting op te bewegen.

We zijn zelf binnen VGN-verband aan het kijken hoe we voor digitale oplossingen meer de schaal van de branche kunnen zoeken. Als we samen ontwikkelen en samen implementeren dan kunnen we versnellen en daarmee krijg je een betere kwaliteit van besluitvorming, toepassing en implementatie.

Ook bij het gebruik van data kunnen we nog verbeteren. We leggen ontzettend veel vast. Bij ’s Heeren Loo zijn er per dag 1 miljoen vastleggingen, en dat is een enorme administratieve druk. Het verminderen van de administratieve lastendruk vind ik belangrijk. Als we dan dingen vastleggen is het handig dat we die ook beschikbaar houden voor het maken van betere keuzes. Verder helpt het om meer over dit onderwerp te communiceren. Alles wat je aandacht geeft, groeit. Dat geldt voor dit thema ook.”

Waartoe zou je andere bestuurders in de zorg willen oproepen?

“Het is een kwestie van het blijven aanjagen van de discussie. Binnen de VGN hebben we een adviescommissie ingesteld die zich over dit soort vraagstukken buigt.

Je moet zorgen dat je infrastructuur op orde is. Pak binnen je cirkel van invloed de dingen op die helpen om data beter beschikbaar te maken en kijk wat je daarbij nodig hebt van anderen.”

Wat is jouw persoonlijke drijfveer?

“Ik wilde topsporter worden en heb lang gevolleybald. Mijn techniek klopte wel maar ik had mijn lengte niet mee. Ik heb economie gestudeerd en ik ben terechtgekomen op een plek waar ik iets kan betekenen voor mensen die afhankelijk en kwetsbaar zijn. Ik mag me bezig houden met de dingen die iedereen in Nederland het belangrijkste vindt: gezondheid en familie. Het werk is buitengewoon waardevol en dankbaar.”